Mosselpan en xipamide

Johnny Hoogerland: ‘Met ons overgebleven kwartet moeten we er toch nog iets moois van proberen te maken. Ik ga in ieder geval nog een paar keer proberen aan te vallen. En ik vind dat we dat met z’n vieren moeten doen. Dat zijn we verplicht aan de sponsor. En natuurlijk aan Woutje Poels, die nog steeds in het ziekenhuis ligt. Ik heb na zijn telefoontje nu regelmatig contact met hem via Whats App. Het zou mooi zijn als we voor hem nog een succesje kunnen boeken. Rabobank is het met vier man ook gelukt.’
Onze man uit Yerseke at gisteren mosselen zonder zijn roomy Van Hummel, maar houdt de moed er in.

Vandaag, woensdag 18 juli, is het de dag van de koninginnerit in de Pyreneeën en ik heb vakantie. Om 11 uur zit ik klaar bij de tv. Aubisque, Tourmalet, Aspin en Peyresourde; ik heb er zin in, maar ben ook een beetje bang voor het ‘hooliganisme’ in het wielrennen. Al eerder schreef ik over het bloedgevaarlijke meerennen, maar er is meer. Afgelopen vrijdag op weg naar Annonay hield een zot een brandende fakkel tegen de arm van Wiggins. Zondag was er royaal met spijkers gestrooid waardoor Kiserlovski viel en zijn sleutelbeen brak. In 2009 schoten twee jongetjes (!) lukraak met luchtbuksen op de renners. Ze zijn vogelvrij. En alles kan altijd erger.
Als het lik-op-stuk-beleid voor meerenners al was ingevoerd, had de waanzinnige opbrengst in de FSW-pot gestort kunnen worden: het fonds voor slachtoffers van wielerhooliganisme. Onder hooligans reken ik ook volgwagens die bestuurd worden door roekeloze chauffeurs.

Frank Schleck zit vandaag ergens anders en wij weten niet waar. Ik kan niet geloven dat hij een makkelijk te ontdekken plaspil zou innemen. De mensen praten elkaar na en roepen meteen al ‘betrapt op doping’.
Xipamide krijgt mijn oom ook van de dokter tegen zijn hoge bloeddruk. Als Schleck last van hoge bloeddruk zou hebben, zouden we dat wel weten. Een ander weetje is dat mosselen ook vochtafdrijvend werken.
Vanuit een herfstig Voorburg wens ik u een smakelijke uitzending. Go Johnny, go, go, go!

Zware dagen

Komrij wilde een kist in de vorm van een pennedoos. Afgelopen zaterdag werd hij daarin naar zijn uitvaart gedragen. De lijkwagen stopte op een brug. Het regende. Een kleine groep naasten schreed onder grote zwarte paraplu’s achter de pennedoos aan. Het kleurige veldboeket, dat er lichtjes op heen en weer danste, werd begoten met hemelwater. Komrij’s echtgenoot Charles had aan weerszijden een broer.
In Felix Meritis werd gelachen, gezongen en gehuild. Veel alliteraties en anekdotes. De sprekers hadden hun mooiste woorden meegebracht.

Wat een schril contrast met de middaguitzending van de etappe naar Le Cap d’Agde. De woorden van Dijkstra & Ducrot brachten me bijkans in trance. Maar niet van mooiigheid. Tot nu toe heb ik me kunnen inhouden om het veelbesproken en beschimpte tweetal neer te sabelen, maar nu kan ik er niet langer omheen. Als je er geen leuk klusje bij te doen hebt, zoals foto’s inplakken of zelfs boontjes doppen, hebben hun eindeloze woordenreeksen een verlammende werking op de kijker.

René Schwab had de bankzitters verblijd met de mededeling dat hij misschien ‘s avonds op tv zou komen in een item bij Tour du Jour, het zwakke zusje van De Avondetappe. Dus keek en keek en keek ik en werd ook daar helemaal sufgeluld door mensen aan een tafel. Bart Veldkamp heb ik heel hoog zitten, maar zijn wijze woorden ‘nooit afstappen, tenzij onverantwoord om verder te rijden’ konden echter niet door de stroom gewauwel van de andere drie heenbreken.

Schwab kwam maar niet. Ik ga TdJ dan maar opnemen, want het geblaat nog een keer uitzitten red ik niet. Het zijn zware dagen voor bankzitters.Wat verlang ik naar de overwinning van Laurens ten Dam. Ik wil zijn verklaring van weinig woorden horen en zal die met gejuich ontvangen: Ik had power in de poten!

Afstappen en uitstappen

Bauke Mollema, Lieuwe Westra en Robbie Ruijgh zijn gistermiddag afgestapt. Robert Geesink wilde ‘niet doorharken voor de 60e plaats’, dus stapte ook uit de tour, maar pas na de finish.

Bij mijn eerste hardloopwedstrijd werd er bij debutanten ingehamerd: nooit uitstappen, wat er ook gebeurt! Het slechtste wat je je zelf kan aandoen is voortijdig opgeven. Dat heeft zijn weerslag op de rest van je wedstrijden. Op je psyche en op je lichaam. Dat gaat denken dat opgeven en uitstappen heel makkelijk gaat en ‘zomaar’ kan.

Behalve als we echt snerpende pijnen hadden mochten we niet stoppen. Liever ook niet wandelen in een wedstrijd, altijd een klein sukkeldrafje aanhouden en in elk geval de wedstrijd uitlopen.

Daarom verbaasde al dat afstappen me gisteren dan ook heel erg. Natuurlijk had ik ook de billen van Mollema gezien toen hij na zijn grootste val de bus in strompelde. Ik had over de ribben van Geesink gehoord en zijn bandages gezien. De trioval van Westra en de heup van Ruijgh: ik weet het, maar toch.

Verbazing en ergernis. Kan dat nou echt niet anders? Hiermee worden we een volk van voortijdige af- en uitstappers! Slecht voor de moraal, ons karma, en een superslecht voorbeeld voor alle jonge renners die debuteren in de tour of in een wielrenclub. Helemaal kwalijk vind ik het als een tourrenner het doet omdat hij na de tour nog een andere grote wedstrijd goed wil rennen.
Begrijpelijk is geen reden, als je van je fiets afvalt dan ben je gauw beneden.

Renners en tattoos

Ook bankzitters gebruiken de rustdag nuttig. Zo surfte ik me gisteren een tennisarm om erachter te komen wat Thibaut Pinot op zijn rechter binnenbovenarm heeft getatoeerd. Toen hij zondag zo mooi won en we een finishshotje van rechts kregen zag ik op zijn binnenbovenarm een teksttattoo staan. Beeldje voor beeldje afspelen hielp niet. En je vraagt je nu eenmaal toch af wat er staat.

Uiteindelijk vond ik deze page met alle tattoos in de tour. In tegenstelling tot de vele voetballers zijn er voorlopig maar 10 renners gespot met een plaatje. Peter Sagan heeft een beschermengeltje, lieief!

Op Pinot staat: Alleen de zege is mooi. Natuurlijk in het Frans. Na urenlang inzoomen op de arm kan ik het nog steeds niet lezen. Eh… Seulement la victoire est belle. Zoiets moet het zijn. Uiterst merkwaardig vind ik die tekst, want hoelang in je leven ga je dat vinden? Het lijkt mij dat je eenmaal in het bejaardenhuis er toch anders over kan denken. Of na een val waarbij je een nier verliest.

Bij Omega Pharma – Quick Step blijven ze leuke dingen lanceren om de ploeg bij het brede publiek de belangstelling te brengen. Zo worden er bij de start van een tourrit aan de bus van het team tatoeages uitgedeeld. Ze zitten in pakjes kauwgum van de reclamekaravaan. Een aantal renners doen ze op. Want wil je er een beetje bijhoren, dan moet je wel een tattoo hebben. Of dat er nou eentje is van een streepje – duim omhoog – hashtag – OPQS betwijfel ik ten zeerste.

Gisteren in de trein (op de rustdag bezocht ik familie in het achterland) ontmoette ik een meisje dat net uit Frankrijk kwam. Ze vertelde dat toursupporters de reclamecadeautjes het leukst vinden. Vaak en veel leuker dan de renners die voorbij flitsen.

Zo heb ik naast alle spanning die de komende bergritten met zich mee gaan brengen er weer een kijkklus bij: tattoos spotten, zowel in het peloton als in de berm. Focussen!

Lik-op-stuk-beleid voor meerenners

Gisteren ‘begon’ de tour: de eerste bergetappe. En meteen hadden we het absolute dieptepunt in de geschiedenis van meerennende tourfans te pakken. Live op tv: de eerste meerennende VROUW. In een bolletjesjurk. Ik zat erbij, keek ernaar en schaamde me plaatsvervangend kapot!

’s Avonds had Smeets in de Avondetappe de eerste vrouw aan tafel: de gezellige klets Nynke de Jong. Hoewel de titel van haar boek Vrouw kijkt sport  me aanvankelijk aansprak en zij er duidelijk ook een beetje zat om dat boek te promoten, dacht ik meteen al: laat ook eigenlijk maar weer zitten, dat leuke boek.
Was het vrouwendag in de tour ofzo? Of mocht zij aan tafel omdat Smeets’ dochter ook Nynke heet?

Waarom maakte De Jong ‘de vrouwen komen er aan!’ niet meteen gebruik van de gelegenheid om het genante probleem meerennende vrouwen op de kaart te zetten? Er zit vast een vrouw in de redactie die het ook opgevallen is en die haar had kunnen souffleren, mocht het De Jong zelf ontgaan zijn, omdat zij gezellig ergens liep te kletsen over de volgwagens in de tour. Een beetje diepgang, dames!

Het verschijnsel meerennende halve garen, al dan niet ont- of verkleed of levensgevaarlijk vendelzwaaiend met kingsize vlag, wordt expres zoveel mogelijk uit beeld gehouden. De Duivel met Drietand heeft een tourverbod. Maar met verwijderen of negeren komen we er niet. Af en toe haalt een getergde renner uit en krijgt de dronken debiel een knal. Dat is nog te weinig, mensen.
Het meerennen moet vanaf vandaag helemaal verboden worden. Want er komt een dag dat het nog erger mis gaat dan een gevallen renner. Dan zeggen we met zijn allen: ja, we hebben het altijd al gezegd dat het niet kan en mag, maar we deden er niks aan. Zo had De Jong het kunnen zeggen.

Ik stel voor dat we vanaf vandaag het lik-op-stuk-beleid invoeren. Voor meerennende mannen én vrouwen. En dan ook meteen maar voor loslopende dieren en aan de aandacht ontsnapte kinderen. Gewoon net als met vandalisme tijdens Oud&Nieuw, Ajaxhuldiging of bij wildplassen tijdens Oerol. De hoogte van de boete begint bijvoorbeeld bij 1000 euro en kan verder worden opgehoogd al naar gelang de staat van ont- of verkleding, gedrag, afwijken van rechte lijn en aantal meegerende meters.

De opbrengst van de boetes gaat naar het handhavingsteam, dat ingezonden foto’s van de meerenner beoordeelt, deze persoon opspoort en zorgt dat deze uit caravan of tentje gelicht wordt. De denktank Meerennen Nee werkt op dit moment de details verder uit. De voorzitter is een vrouw.

2 Belgen en 1 dichter

“Ik was niet de sterkste, maar misschien wel de slimste. Alleen had ik op vijfhonderd meter van de streep geen jus meer in de benen. Het was misschien anders afgelopen als de finish vlak was geweest. Winnen in de Tour is niet simpel. Maar ik heb me getoond en de conditie is goed”. De Belg Jan Ghyselinck sluit de etappe van gisteren af met een positieve noot.

Een andere Belg die niet meereed in de tour maar wel aanzat in de Belgische Avondetappe Vive le Vélo is Rob Goris. Ooit was hij ijshockeyspeler, maar switchte naar het wielrennen. In de nacht na zijn optreden overleed hij aan een hartstilstand.

Na zo’n onheilstijding aan de etappe beginnen en als Belg mee weg zitten in een kopgroep vind ik mooi. Geen idee of Ghyselinck het daarom deed. Zo’n inspanning verdient een beloning in de vorm van een overwinning. Wat hoopte ik dat Ghyselinck het zou halen en op de streep een gebaar zou maken voor zijn vriend Rob Goris. Zoals vorig jaar Farrar op de finish met zijn vingers een W vormde voor de overleden Wouter Weylandt. Ik houd van die gebaren. Maar Ghyselinck werd op het laatst ingelopen, Greipel won weer en Farrar bestormde boos de bus van Argos Shimano omdat Tom Veelers hem gehinderd zou hebben in de finale. Er was geen gebaar, geen eerbetoon aan een collega-vriend renner.

Vanmorgen hoorden we dat Gerrit Komrij ook plotseling is overleden. Laat één van de renners poëzieliefhebber zijn en voor de start een gedicht van Komrij voordragen. Als dat te veel gevraagd is vind ik het ook een mooi gebaar als Bert Wagendorp dat vanavond doet in de Avondetappe. Ik stel voor:

Fietstocht

Het verre postkantoor was de magneet.
Niet om de luchtpostzegels of de taal
Van overzeese stempels – nee, het deed
Op tweehoog ’s middags dienst als jeugdleeszaal.
Tweemaal, op dinsdag en donderdag,
Verdween ik in het ruime trapportaal
En kwam weer buiten met een brede lach.
Ik had mijn voorraad boeken andermaal.

Met in mijn hoofd een eerste regel die
Ik vluchtig had gezien bij een verhaal
Werd, fietsend, al naar het vervolg gegist.

Toch geselde ik vervaarlijk het pedaal
Om sneller thuis te zijn, omdat ik wist:
Het boek is beter dan de fantasie.

Uit Luchtspiegelingen, 2001
Gerrit Komrij.

Heup met 3 schroeven

Op de site Lieve briefjes van Cindy Pieterse staat: Nu ik heb gezien dat je met een gebroken heup een Tour-etappe uit kunt fietsen, begrijp ik eigenlijk niet waarom gevallen bejaarden vaak drie dagen in de gang blijven liggen.

Dat ik daar om in de lach schoot komt misschien doordat mijn vader (94) laatst op een wankel keukentrapje een gloeilamp verving in de nog vochtige douche. Kinderen met schuldgevoel omdat ze te ver weg wonen om hun vader bij elk wissewasje te assisteren, lachen waarschijnlijk extra hard.
De tv ging ineens op zwart, nou ja, de radio doet het nog.
Mijn bloedneus gaat maar niet over.
Ik heb kiespijn, maar ik kan de tandarts door de telefoon niet verstaan.
Een greep uit dingen die niet echt alarmerend zijn, maar waarvoor ik wel even langs zou willen fietsen om hem te helpen.

Hulp was er gisteren genoeg voor Maarten Tjallingi. Na zijn val kon hij weliswaar zijn been niet meer over de stang zwaaien bij het opstappen, maar zijn ploeggenoten fietsten hem50 kmlang naar de finish. The things we do on adrenaline.

In de Raboploeg was het desalniettemin een vrolijke avond. Natuurlijk niet om de val, maar om de capriolen die de mechanicien moest maken om een verse fiets bij Tjallingi te krijgen. En ja, toch ook om dat beenzwaaien.

Wij, kinderen, bezweren mijn vader ‘als je je heup breekt, is dat het begin van het einde. Dan kom je in een verpleegtehuis en daar kom je nooit meer weg’. De breuk van Tjallingi lijkt juist een nieuw begin. Vooral voor Bram Tankink die nu gebombardeerd is tot loodsman van de twee kopmannen.
Vanavond mijn vader eens even bellen.

18 Nederlanders en een drumstel

Rabobank 6: Robert Gesink, Bauke Mollema, Steven Kruijswijk, Laurens ten Dam, Maarten Tjallingii en Bram Tankink
Vacansoleil-DCM 5: Wout Poels, Johnny Hoogerland, Rob Ruijgh, Lieuwe Westra en Kenny van Hummel
Argos-Shimano 4: Koen de Kort, Roy Curvers, Tom Veelers en Albert Timmer.

Voor buitenlandse ploegen rijden er 3: voor GreenEdge Sebastian Langeveld en Pieter Weening, in 2005 de laatste Nederlandse etappewinnaar (naar Gérardmer) in de Tour, en voor Saxo Bank Karsten Kroon, die in 2002 de etappe naar Plouay (Bretagne) won en nu heeft aangekondigd dat dit zijn laatste tour is.

Wie is de nieuwe Neerlands Hoop in de bange dagen na de EK domper? In de 2e etappe rees een nieuwe ster: Tom Veelers uit Ootmarsum. Ploeggenoot en sprintkanon Kittel had last van de maag, dus mocht Veelers er voor gaan. Hij kwam als 4e over de finish. Gejuich alom. Een leuke renner (28) met een brede glimlach. Sinds 2006 rijdt hij al goede wedstrijden, dus waarom maken we Veelers niet tot onze nieuwe topfavoriet die een etappe kan winnen?

Het kan – en mag – met het winnen van een etappe toch niet hetzelfde gaan als met het songfestival. Zeven jaar geleden alweer. Toen ik daar vanmorgen over zat te simmen, vond ik deze foto. Eerst dacht ik nog even dat het lollige kwartet met een Pearl drumstel poseerde omdat Pearl een sponsor is, maar Pearl Izumi is producent van sportkleding. Dan moet het een ideetje geweest zijn van degene die de stokjes hanteert. Degene die het tempo bepaalt, zeg maar. Er zit in ieder geval weer muziek in de tour. Nu al!

Marts jasjes

Na de proloog is er nog niet veel te bespreken wat trending topic kan worden. Lieuwe Westra vertrok als een drol is wel een leuke uitspraak die de belofte in zich draagt om gevleugeld of trending te worden, maar het is nog wat magertjes.

In de Avondetappe was er aandacht voor een wielerliedjes-cd en performde Peter ‘Parlando’ Winnen een van de songs. Mwa.
Waar zal ik dan over schrijven? Je kan nu eenmaal niet elke dag over leven en dood, liefde en sex schrijven.
Over het door de hh presentatoren van De Avondetappe veronderstelde trauma van Johnny Hoogerland? Ik ben bang dat het daarmee – als er dag in dag uit op ingezoomd wordt – dezelfde kant opgaat als de vorm van Robert Geesink vorig jaar na het overlijden van zijn vader. Soms is het beter te zwijgen.

Gelukkig is er, net als voor Sylvia Witteman over de kinderen & huisgenoot P. en voor andere columnisten die over hun huisdier schrijven als ze om een onderwerp verlegen zitten, voor mij altijd nog het terugvallen op Mart Smeets. Misschien was het jullie al eerder opgevallen en mij niet: hij presenteert zich nu in pyamajasjes. Op Fok.nl staat al een mooi overzicht. Ik weet niet of hij ze elke dag draagt, dus dat is een aandachtspuntje deze tour.

Goed nieuws is dat aan de Avondetappe vaste waarden Bert Wagendorp, Michael Boogerd en Thijs Zonneveld zijn toegevoegd. Gave gasten! Smeets mag het toch weer een jaar langer doen van de NOS en ik heb hem er nog niet op kunnen betrappen dat hij daar steeds een cynische opmerking over moet plaatsen. Zou de ouderdom hem dan toch mild maken? Of zijn die pyamajasjes juist een statement: ‘Ik ben bijna achter de geraniums gezet, dus kleed mij maar vast als zijnde op weg naar bed’?

Vanmiddag, zondagmiddag, is de etappe een 198 km lang rondje Luik. In Malmedy zat ik ooit met mijn eerste vriendje in een eenstokstentje, dat we met plastic haringen aan een rotsige ondergrond moesten zien vast te krijgen. De buren gaven ons een rubberen hamer. We keken uit over een dorpje van grijze leisteen. Ik vroeg me af of mijn vergezichten ooit verder zouden zien. Pyama’s had ik toen nog lang niet.

Van Toldijk via Yerseke naar Luik

Gisteren is op het jaarlijkse Normaalfeest in Toldijk een man overreden door een tractor. In Yerseke tekende Johnny Hoogerland een contract met Schelpdierenspecialist Zeeland’s Roem. In Luik keek Jeroen Wielaart naar een dansend meisjestrio dat wat sfeer in de lauwe stad probeerde te brengen.

De overreden man is overleden omdat hij van de ene op de andere tractor wilde springen. Mosselen leven nog als ze een pan kokend water ingaan. Hoogerland wil zijn prikkeldraadnachtmerrie van vorig jaar vergeten. Hij wil naar de Olympische Spelen. Hij leeft intenser dan ooit. Luik had in 2004 ook al de proloog met hetzelfde parcours, terwijl er rondom de stad mooie heuvels lonken. De tijd staat stil zolang er niets verandert.

Hoogerland zal op posters in horecagelegenheden en viswinkels in de hele Benelux verschijnen. Vereeuwigd. Hij heeft naast het hotel zijn haar laten knippen. Als Mart Smeets naar zijn kapper vraagt, lacht hij en zegt dat hij het zelf ook niks vindt. Haar groeit wel weer aan.
Michael Boogerd en Mart Smeets (M&M) doen dit jaar interviewtjes aan de start. Boogerd wordt rond kerstmis weer vader. Met een nieuwe vrouw nieuw leven gemaakt.

Ik kijk naar de voorbijzoevende renners. De proloog is 6,4 km. 18 springlevende Nederlanders en 16 idem Belgen. Ik wacht tot ik Mart Smeets voor het eerst dit jaar zal horen zeggen: de tour waits for no one. Dan hoor ik altijd dat nummer van de Stones. Dan is de eerste renner eruit.

Dit is onze eerste tour zonder Adriaan Bontebal. Als de gebroken heup van Vinokourov ter sprake komt, hoor ik hem zingen Vino, Vino, waar is de wijn. Ik zie hem bloggend in het Paulus Potterhofje. Ik weet nog hoe lang zijn haar was toen Gert Jan Theunisse won op de Alpe d’Huez. Ik lees hoe hij ook dit jaar weer de spot drijft met Herbert&Maarten. De tour hoeft niet op Aad te wachten. Hij is er bij.